Wat een heerlijke middag gisteren, met een 70-tal Chateau-vertegenwoordigers bij elkaar in het Grand Hotel Krasnapolsky in Amsterdam. Allen vertegenwoordigden zij verschillende gebieden in de Bordeaux.
Nu is 2012 in Bordeaux niet een jaar waar je de vlag voor uithangt. Dit was een koel jaar met een wat natte oogstperiode. Maar ook die wijnen moeten verkocht worden. En de topchateaux, met behoorlijke financiële reserves na de zeer succesvolle jaren 2009 en 2010, konden best aardige wijnen maken. Dit kunnen zij doen door het geoogste fruit voor de “grand vin” heel streng te selecteren, en dus alleen het gezonde en redelijk rijpe fruit te gebruiken.
Je merkte dat de rechteroever met een hoger percentage merlot, die vroeger rijp is, het duidelijk beter deed dan de Medoc. De Cabernet werd eigenlijk niet rijp.
Ik heb fraaie Pomerols geproefd en vond Chateau Clinet en La Conseillante er bovenuit steken. Gezonde wijnen met behoorlijk veel inhoud. In St. Emilion sprongen La Gaffelière en Troplong Mondot er bovenuit. En uitzonderlijk fraai waren de witte wijnen uit de Pessac-Léonian met Smith Haut Lafitte als top glas, pure luxe.
Maar ik was ook minder enthousiast over een aantal wijnen. Vooral de chateaux uit de Haut-Médoc – en ook niet de minste daarvan met nog steeds serieuze prijzen – hadden de geserveerde kaaskoekjes en bitterballen nodig om de echt wat groene tonen te camoufleren.
Wat deze producenten mijns inziens niet snappen is dat je in mindere jaren ook écht lagere prijzen moet vragen. Aangezien je nu nog steeds volop gezonde wijnen uit topjaren 2009 en 2010 kan kopen voor niet aanzienlijk hogere prijzen vind ik de gevraagde prijzen eigenlijk te gek voor woorden.
Misschien kom ik erg kritisch over, al met al geniet ik natuurlijk enorm van dit soort wijnfeesten!